27 augustus 2015 / Taalfouten
Wie zich graag gastronomisch mag laten verrassen in een restaurant, weet hoe de etiquette daar werkt. Alleen wringt er altijd iets. Vanaf het moment dat de ober je jas aanneemt en je jouw plek wijst, is er nog niets aan de hand. Het ietwat foute ‘gereserveerd’-bordje op tafel: ach. Het bestellen van wat drinken volgt als het goed is vrij snel – ook dan kan er maar weinig fout gaan. Uiteindelijk is daar het onvermijdelijke moment: de menukaart verschijnt ten tonele. Staat hij niet in een speciaal daarvoor bestemde menukaarthouder – of hoe noem je zo’n ding eigenlijk – op tafel, dan vind je hem na een ferm handgebaar richting de ober van dienst al snel naast je kostelijk gevouwen servet. Het is het moment dat de etiquette voor mij taalnazistische vormen aanneemt.
Vanaf het openslaan van de net iets te vaak in bruinleren hoes gegoten menukaart begin ik te speuren. Al bij de voorgerechten gaat het los. Tomaten soep in plaats van tomatensoep, gaspaccio in plaats van gazpacho en oude kaaskroketten (wat de kroketten oud maakt en dus niet de kaas) in plaats van oude-kaaskroketten; de taal- en spelfouten zijn op een gemiddelde menukaart niet moeilijk te spotten. Mijn schrijfhart maakt een fanatiek sprongetje als ik even verderop lees over bij passende saus, wat me toch meer aan iets met honing doet denken. En tuurlijk: witte wijn saus of gebakken tong filet lijken de makkelijkste schrijfwijze, correct zijn ze echter niet.
Hoeveel lol ik ook schep uit het manisch zoeken naar fouten in stampotjes, vis pallets en lamsrekjes, het is eigenlijk best verontrustend dat er maar zelden een foutloze menukaart in een restaurant klaarligt. Het is tenslotte het enige dat je – in tegenstelling tot de keer op keer opnieuw bereide gerechten – aan élke klant laat zien. En altijd hetzelfde is. Dan zou je verwachten dat je als eigenaar op zijn minst zorgt dat die kaart er netjes uitziet en de teksten dus geen fouten bevatten. Zo moeilijk kan het toch niet zijn om hem – al is het maar eenmaal – vóór productie door iemand te laten lezen met een goed gevoel voor de Nederlandse taal?
Nu heb ik restaurants wel eens aangesproken op de taalfouten die zij hun gasten presenteren. Ik weet: dat kan nogal wijsneuzerig overkomen. Maar: iemand moet het zeggen, toch? Aan de reacties proefde – haha, proefde – ik vooral dat het ze niet zo heel erg veel uitmaakte. Ergens snap ik dat ook wel: het zijn vaak praktisch ingestelde mensen die vooral de meeste energie steken in het eten en de beleving eromheen: “O, staan er fouten op de menukaart? Maar je begrijpt toch wat er staat?”
Het is tijd dat restauranteigenaren zich realiseren dat het juist de menukaart is die een belangrijke rol speelt bij de gehele ervaring – en die begint meestal bij een eerste indruk van de teksten op het menu. Zo vind ik het minstens even erg om verassings ijs te worden beloofd als dat ik een vlieg in mijn soep vind. En zeg nou zelf: jij koopt ook liever een nieuwe keuken bij een winkel die hem aanprijst als ‘stijlvol’ in plaats van ‘steilvol’?
Het wordt tijd dat restauranteigenaren beter beseffen dat de menukaart een essentieel onderdeel is van hun klantcommunicatie. En dus niet een snel in elkaar geflanst Word-document zonder spellingscontrole in een bruine hoes steken en klaar. Reken maar dat je gasten de menukaart bespreken met hun tafelgenoten. Zorg er dus voor dat je er minstens zo veel aandacht aan besteedt als aan de gerechten. Bovendien voorkom je vreemde gedachtes bij een gerecht als tamme konijnen bouten in pruimensaus of als we bij een snackbar een lekkere nazischijf gaan halen. Tot slot sluit ik graag af met een groet die ook regelmatig – vaak onbewust – op menukaarten is terug te vinden: dag verse vis!
Zelf restauranteigenaar en benieuwd of jouw menukaart taalkundig beter kan? Stuur hem naar ons op en wij kijken er graag naar. Neem ook contact op voor meer informatie over de mogelijkheden.
Kijk ook zeker wat we kunnen betekenen op het gebied van contentmarketing voor de horeca >>
Headerafbeelding: Pexels